Een goede zoekactie begint met het opstellen van een goede zoekvraag. Het is belangrijk om een zoekvraag zo zorgvuldig mogelijk te formuleren, omdat dit de kans vergroot dat de gevonden informatie voldoende relevant is voor de beantwoording van de zoekvraag.
Een onzorgvuldig geformuleerde zoekvraag zorgt voor onduidelijke zoekresulaten!
Het gaat bij het formuleren van een zoekvraag dus niet om dezelfde vraag als jouw onderzoeksvraag, maar om het formuleren van een zoekvraag ter oriëntatie op jouw onderwerp. Zoekvraag en onderzoeksvraag zijn dus twee verschillende dingen.
Na de oriëntatiefase kom je meestal tot de conclusie dat je het onderzoek moet afbakenen. Afbakenen houdt in dat je de verschillende elementen (deze kun je in deelvragen vertalen) van je hoofdvraag gaat definiëren. Hierdoor wordt duidelijker waar je naar op zoek bent en kun je je zoekactie gerichter uitvoeren. De focus van het praktijkgerichte onderzoek voor zorginnovatie kan zijn: het exploreren, innoveren, implementeren of evalueren van een specifieke situatie.
Een goed afgebakende vraag maakt het zoeken vele malen eenvoudiger!
Na het afbakenen kom je tot een zoekvraag. Dit kan één zoekvraag zijn of een zoekvraag (hoofdvraag) die onderverdeeld is in deelvragen. Voortbordurend op ons eerdere voorbeeld kun je tot de volgende hoofdvraag komen:
“Wat zijn de effecten van lichamelijke opvoeding op de motorische vaardigheden bij basisschool leerlingen met autisme?”
En tot de volgende deelvragen:
Het is belangrijk dat je jouw zoekvraag zo zorgvuldig mogelijk formuleert, omdat dit de kans vergroot dat je informatie vindt die voldoende relevant is voor de beantwoording van je zoekvraag.
Een zoekvraag kan zowel open als gesloten zijn. Een gesloten vraag kun je in de meeste gevallen alleen met ja/nee/misschien beantwoorden. Open vragen geven antwoord op vragen als wie, wat, wanneer, waarom en hoe. Ze leveren meestal concrete, feitelijke informatie op.
Voorbeeld van een gesloten vraag:
Voorbeeld van een open vragen:
Een goede zoekvraag geeft antwoord op de deelvragen ‘wie, wat, waar, wanneer, hoe’ enz.